Op 19 en 20 juni stond de 4de wedstrijd van het seizoen op het programma, namelijk de Syntix Superprix. We kwamen in Zolder aan als leiders in het kampioenschap en het doel was om deze positie te verstevigen.
Het Syntix Superprix weekend stond voornamelijk in het teken van de Supercar Challenge, Belcar Trophy en Renault Clio Cup Benelux. Daarom werd onze vrije training en kwalificatie verreden op vrijdag. In de vrije trainig deed ik een installatierondje en merkte meteen dat er een ratel te horen was linksachter in de auto. Na een korte check-up zag het team dat de uitlaat loshing. Nadat het euvel verholpen was, reden we de vrije training probleemloos uit. We veranderden de afstelling voor de kwalificatie en konden daar beslag leggen op de tweede plaat op 0,1s van de pole met 1’56”2. Ik was niet helemaal tevreden over mijn rondje maar P2 gaf ons een uitstekende uitgangspositie voor de wedstrijd op zaterdag.
Tijdens de wedstrijd op zaterdag kon ik in de openingsronden niet meteen aansluiten bij de #251 van Donniacuo. Mijn opmerking in Zandvoort werd ook in Zolder bevestigd. Bij het uitkomen van trage bochten blijft die auto stukken beter en is het onmogelijk om echt kort te blijven om een aanval te doen in de volgende remzone. Na een aantal ronden kon ik me er in bocht 2 toch –letterlijk- tussengooien om zo de leiding over te nemen. Ik bouwde een voorsprong op tot ongeveer 2 seconden en het bleef rond dat verschil schommelen tot Donniacuo binnen dook voor zijn eerste stop. Scamardi nam van hem over en mijn taak was toen om het gat zo groot mogelijk te maken. Ik rijd een gat van goed 30 seconden bijeen. Het team haalde me binnen op het moment dat ik Scamardi voorbij ging om hem op 2 ronden te zetten.
Bernard nam het stuur van me over en kon het gat nog wat vergroten tot 36 seconden. 35 minuten voor het einde komt er dan toch een code 60 en kwam bijna iedereen binnen voor hun tweede stop. We verliezen 5 à 10 seconden omdat het team een korte checkup wou doen aan de versnellingsbak wat in principe geen ramp hoefde te zijn. Donniacuo nam terug van Scamardi over en onze voorsprong was na de laatste stop en code 60 teruggelopen tot 21 seconden. Met nog een klein halfuur op de klok leerden de berekeningen mij dat Donniacuo 1,5s per ronde zou moeten winnen om tot bij Bernard te raken. Normaal was dat quasi onmogelijk maar het gebeurde echter toch. Bernard liet ons over de radio weten dat hij problemen had met de remmen. Hij deed wat hij kon maar 3 ronden voor het einde komt Donniacuo ons toch voorbij. Ook Van Haeren op de derde plek lag niet zo heel ver achter. In de laatste ronde gebeurd echter het onvoorspelbare. Donniacuo viel bijna zonder benzine en hij verloor daardoor vermogen in korte bochten. Bernard kwan hem in de laatste ronde terug voorbij en kwam als eerste over de meet met een goede 5 seconden voorsprong op de #251 van Donniacuo/Scamardi en een 20-tal op de #57 van De Breucker/Van Haeren.
Na de wedstrijd bleek onze auto 1,8kg te licht, echter was de #251 ook te licht. Beide wagens werden die avond nog naar de vermogensbank gebracht waar bleek dat onze auto qua vermogen wel conform was met zijn gewicht – er wordt een verhouding van 6kg/pk gehanteerd – t.o.v. de #251 die achteraf nog werd gediskwalificeerd.
Door deze derde overwinning en diskwalificatie van Donniacuo/Scamardi bouwen we onze voorsprong op hen uit tot 28 punten. Onze dichtste achtervolger is momenteel Jimmy De Breucker, hij volgt op 21 punten. We hebben een mooie voorsprong maar het kampioenschap is zeker nog niet beslist. Er blijven nog 3 wedstrijden over waaronder de 24u van Zolder eind augustus waar héél veel kan gebeuren.
Klik HIER om 2 rondjes mee te volgen tijdens de wedstrijd!
Het videoverslag van de wedstrijd vind je HIER.